woensdag 29 oktober 2008

8. Zoveel te doen.




Jaja, das wel lekker al dat geluier, maar ik ben “a chick on a mission”.
Ik ben naar Thailand gekomen met de intentie om hier aan de slag te gaan. Wat ik precies ga doen, is nog niet helemaal duidelijk. Ik heb er net een 3- jarige studie NLP-coaching opzitten, dus 't lijkt me logisch dat het zoiets word. Ook ben ik een certificeerd trainer, dus workshops geven ligt ook binnen de oneindige mogelijkheden.
Ik ga dus op z'n vakantisch aan de slag. Netwerken, markt verkennen, mezelf kenbaar maken, reclame maken, workshops ontwerpen, mensen zoeken die me kunnen helpen met het design van de posters, klanten aantrekken, advies inwinnen, onderzoek doen.
En natuurlijk tussen alle drukke bezigheden door ook nog ontspannen en genieten.
Al gauw moet ik keuzes maken en richting aangeven, vind ik van mezelf. Ga ik marktgericht werken, of biedt ik gewoon m'n ding aan zoals het is? En wat is dat dan precies. Waar word ik blij van? Want daar gaat ’t volgens mij uiteindelijk toch allemaal om.
Nog maar eens die berg over geklommen om te kijken of ik de juiste mensen te pakken kan krijgen.
En verder zijn er natuurlijk allerlei leuke workshops te volgen voor m'n persoonlijke vakgerichte ontwikkeling waar ik aan mee wil doen.

Maar ik ben alsmaar moe. Waar zou dat toch door komen? Ik snap er niks van! Ik leef in een heerlijk paradijs, op een luilekkerstrand, kan de hele dag niks doen...waarom ben ik toch zo uitgeput? Het zal wel te maken hebben, met het drukke ritme dat ik thuis had...
Maar eens wat vaker ontspannen dan. Maar ja, er moet ook van alles gebeuren...

Terwijl ik me het hoofd breek over hoe ik mezelf het beste als coach hier in de markt kan zetten, beginnen mensen erachter te komen dat ik in een vorig leven kapster was. Ook het feit dat ik m’n schaar voor de zekerheid heb meegenomen, gaat al snel als een lopend vuurtje over het strand en de verzoeken beginnen binnen te druppelen. Naar de plaatselijk kapper gaan is hier namelijk geen doen; ze zijn gewend om stijl aziatisch haar te knippen en dat is nu eenmaal hele andere koek, dan westers haar. Ook de taalbarriere blijkt een groot obstakel. Bovendien; de kapsalon ligt weliswaar om de hoek, maar die hoek ligt een gevaarlijke boottocht en misselijkmakend taxirit van ons zaligmakende strandje verwijderd en daar heb je in deze hitte echt geen zin in. Gemak dient de mens hier en ik word gesmeekt m’n schaar weer uit de wilgen te halen en aan de slag te gaan. En wie ben ik om dan te weigeren? Vooral het feit dat één persoon knippen hetzelfde oplevert als twee dagen huur, maakt dat ik me lachend overgeef en erin toestem om mezelf twee maal per week bij “the sanctuary” m’n knipkunst beschikbaar te stellen. In m’n ‘vrije tijd’ stel ik plannetjes op voor de coachingbezigheden, verzin leuke workshops, schrijf ijverig in m’n reisdagboek en verlang ik naar m’n verf, schildersdoek en kwasten.

Geen opmerkingen: